Iedereen voelt aan dat ESG belangrijk is. Klanten vragen erom, financiers wegen het mee, medewerkers willen weten waar hun werkgever voor staat. Maar ondanks die urgentie blijft ESG voor veel MKB-bedrijven een onoverzichtelijk en frustrerend domein.
Waarom? Omdat er geen eenduidigheid is. Ratings, vragenlijsten, standaarden – het is een wirwar geworden van verwachtingen, formats en systemen. Niet alleen ondernemers raken verdwaald, ook adviseurs zien door de bomen het bos niet meer. Wat begint als een goed voornemen om transparant en duurzaam te ondernemen, verandert al snel in een tijdrovende en kostbare exercitie vol tegenstrijdige verwachtingen.
Wie duurzaam wil rapporteren, krijgt te maken met een mozaïek aan kaders. Denk aan GRI (Global Reporting Initiative), de SDG’s (Sustainable Development Goals), ISO 26000 voor maatschappelijke verantwoordelijkheid. Elk met eigen definities, terminologie en scopes. Wat voor de één telt als 'maatschappelijke waarde', wordt door een ander genegeerd of anders geïnterpreteerd.
Daarbovenop komen de ESG-ratings van Ecovadis, Sustainalytics, TIM en andere platforms. Elk met hun eigen scoremethodes, invalshoeken en beoordelingscriteria. En alsof dat nog niet genoeg is, hanteren veel klanten ook nog hun eigen vragenlijsten en inkoopvoorwaarden. Van due diligence formats tot auditverzoeken: het is zelden op elkaar afgestemd.
Bedrijven krijgen daardoor de onmogelijke taak om zich te voegen naar tientallen eisen en templates tegelijk, zonder duidelijke lijn of kader.
De optelsom is helder: bedrijven moeten telkens opnieuw het wiel uitvinden. Elke aanvraag vraagt om een andere aanpak, andere data, een ander verhaal. Dit leidt tot:
Het resultaat? Goede bedoelingen worden vaak overschaduwd door onbegrip, inefficiëntie en ESG-moeheid. Voor veel MKB'ers voelt ESG hierdoor als een bureaucratische hindernisbaan in plaats van een kans om te professionaliseren.
Daarom is de VSME (Voluntary Sustainability Reporting Standard for SMEs) ontwikkeld. Een nieuwe, Europese standaard specifiek voor kleine en middelgrote ondernemingen. Gericht op vrijwillige rapportage, maar met aansluiting op toekomstige verplichtingen zoals de CSRD.
De VSME is opgezet onder regie van EFRAG (European Financial Reporting Advisory Group) en maakt deel uit van de bredere Europese duurzaamheidsagenda. Het doel: zorgen dat ook MKB-bedrijven kunnen rapporteren op ESG zonder in te boeten op proportionaliteit of werkbaarheid.
Het is geen nieuwe 'tool' bovenop wat er al is, maar een gestroomlijnd raamwerk dat orde schept in de wirwar. En dat is precies wat er ontbrak.
De kracht van VSME zit in drie elementen:
Door de nadruk op proportionaliteit sluit de standaard aan bij wat MKB-bedrijven realistisch gezien kunnen leveren. Je hoeft geen ESG-afdeling op te richten, maar krijgt wel een raamwerk dat je helpt om gestructureerd en geloofwaardig te rapporteren.
De introductie van VSME betekent niet dat je vandaag al moet rapporteren. Maar het is wél het juiste moment om:
De standaard te leren kennen: verdiep je in de principes en opzet, bijvoorbeeld via een workshop of quickscan.
Te bepalen hoe je ESG inzet: als extern rapport, als intern sturingsinstrument, of als voorbereiding op toekomstige verplichtingen.
Kleine stappen te zetten: begin met wat je al weet en kunt meten. Bouw op richting vollediger rapportages, zonder alles in één keer perfect te moeten doen.
Organisaties die nu starten met de VSME-aanpak, leggen een fundament voor toekomstbestendigheid. Ze worden herkenbaarder, transparanter en aantrekkelijker voor hun omgeving.
Voor het eerst is er één ESG-taal die recht doet aan de realiteit van het MKB. Geen wildgroei, maar structuur. Geen overload, maar houvast. De VSME-standaard biedt wat veel bedrijven al jaren nodig hebben: duidelijkheid.
Wie nu begint, voorkomt achterstand. En bouwt aan een ESG-verhaal dat klopt, werkt en meegroeit met de eisen van morgen. Niet omdat het moet, maar omdat het loont.